Dat of wat: waarom is het zo lastig
Veel mensen twijfelen tijdens het schrijven tussen dat en wat in een bijzin. Het lijkt soms alsof beide goed zijn, maar toch voelt één van de twee vaak natuurlijker of juist storend. Met een paar duidelijke regels kun je die twijfel snel oplossen en vloeiender Nederlands schrijven.
De basisregel voor dat
In de meeste gevallen gebruik je dat na een zelfstandig naamwoord zonder verwijzend woord. Dat verwijst dan direct naar dat zelfstandig naamwoord. Je kunt het zien als een soort lijm tussen de zin en de bijzin.
Voorbeelden zijn zinnen als: de film dat ik gisteren zag of het boek dat op tafel ligt. In beide gevallen verwijst dat naar respectievelijk film en boek. Je zou dat hier nooit vervangen door wat, omdat het om een concreet, genoemd zelfstandig naamwoord gaat.
De basisregel voor wat
Wat gebruik je anders dan dat. Het staat nooit direct achter een gewoon zelfstandig naamwoord, maar juist achter een onbepaald woord of een hele zin. Vooral woorden als alles, iets, niets, weinig, veel en het enige vragen bijna altijd om wat. Denk aan: alles wat ik schrijf of iets wat mij opvalt. Hier klinkt dat onnatuurlijk.
Ook als wat verwijst naar een hele voorafgaande zin, kies je voor wat. In een zin als hij kwam niet opdagen, wat ik erg jammer vond verwijst wat naar hij kwam niet opdagen en niet naar één los woord.
Twijfelgevallen uitgelegd
Het enige dat of het enige wat
Bij combinaties met het enige kom je beide varianten tegen. Toch heeft elke vorm een eigen nuance. Het enige dat ik wil leggen veel taalgebruikers uit als strikter en zakelijker, terwijl het enige wat ik wil wat spreektaalachtiger klinkt. Volgens veel stijlgidsen verdient dat hier de voorkeur, omdat het enige gevolgd wordt door een bijvoeglijke bijzin net als elk ander zelfstandig naamwoord.
Iets dat of iets wat
Bij woorden als iets en alles is wat de veiligste keuze. Zinnen als iets wat mij irriteert en alles wat hij schrijft zijn algemeen geaccepteerd. Iets dat hoor je soms in formele teksten, maar het kan stijf aandoen en levert sneller discussie op. Wie netjes en natuurlijk wil schrijven, kiest na onbepaalde woorden liever voor wat.
Een praktische truc om snel te kiezen
Vraag jezelf bij iedere twijfel af: verwijs ik naar een concreet genoemd zelfstandig naamwoord of naar een vaag woord of hele zin. Is het een concreet woord als boek, hond, meisje of brief, dan ligt dat voor de hand. Gaat het om woorden als alles, iets, niets, veel of een complete voorafgaande zin, dan past wat meestal beter. Met deze simpele controle maak je je tekst niet alleen correcter, maar ook prettiger leesbaar voor iedereen die net zo veel van taal houdt als jij.